Trans Swiss Run: het geluid van lopers (4)

Bron Henk GeilenDag 5 Interlaken – Gurnigelbad. De later startende groep bestond dus weer uit 4 lopers. Toen wij een paar 100 meter gelopen hadden kwam Peter ons tegemoet. De pijn waas helaas te erg. Peter is rechtstreeks doorgelopen naar het station van Interlaken en heeft meteen de trein naar huisgenomen. Deze dag ging wij langs de Thunersee tot in Thun. Gelukkig deden we dat boven over de panoramawegen.

(Note Redactie Loopkrant.nl: De Trans Swiss Run. Dit alles door de ogen van Henk Geilen in zes afzonderlijke verhalen vastgelegd en verspreid over twee dagen afzonderlijk te lezen op Loopkrant.nl. Hierbij het vierde deel van deze bijzondere loopervaring)   

En deze wegen verdienden hun naam. We hadden namelijk uitzicht op de Eiger, Mönch en de Jungfrau. Je voelt je werkelijk een zeer bevoorrecht mens als je daar in dat prentbriefkaartenlandschap mag rondrennen. Deze dag heb ik ook geleerd dat ik niet de enige ben die wel eens moeite heeft met routes. Toen we bij een verzorgingspost waren kreeg ik een telefoontje van Annemarie. Zij was vanaf die post gestart en stond nu op de plek waar we over het water moesten. Volgens de kaart zou daar een burg zijn. Die was er echter niet. Wel een veerpont en dat zou pas vanaf 13:00 gaan varen. Dus leerde de organisatie dat je op internet niet het verschil kunt zien tussen een veer en een brug. Wij mochten nu op zoek naar een brug en mochten dus een paar kilometer extra lopen. Maar als beloning kregen we een heel leuk stadje te zien. Tevens kwamen we terecht in een groep jonge meiden op rollerskates. Het heeft even pijn gedaan maar ik kon ze hardlopend bijhouden en was heel blij dat de route ons weer heel snel de andere kant uitstuurde.

Bron Henk Geilen

Eigenlijk heb ik over die dag niet veel te vertellen. Ik heb gewoon heerlijk lopen te genieten. We zijn om het meer heen gelopen en na Thun aan ons toetje begonnen. Het klimmetje naar Gurnigelbad. Vanaf kilometer 45 tot kilometer 52 ging het alleen maar omhoog. Van ongeveer 500 tot 1200 meter. Ik denk dat het grafiekje wat ik daarvan gemaakt heb genoeg zegt. Ik had mij voorgenomen om niet te wandelen. Maar soms moet je op je voornemens terugkomen. Ik had uiteraard nog nooit van Gurnigelbad gehoord. Op zich niet vreemd want het is een hotel annex restaurant boven op een berg. Het restaurant was geweldig en ook druk bezocht. Dus moet er ook een normale manier zijn om daar boven te komen. De chef kok hield echt van zijn vak want hij was precies zo breed als hij lang was. Gelukkig had hij ook een vrouw en dochter die aan dezelfde criteria voldeden. Ons onderkomen was apart. Onder het hotel waren een drietal loodsen met de mooie naam Gruppenlager. Hier in stonden heel erg veel stapelbedden. Gelukkig hadden wij z’n hele loods voor onze groep dus was er meer dan plek genoeg.

Bron Henk Geilen

Dag 6 Gurnigelbad – Moleson Village.
Dag 6 had van tevoren het predicaat Koningsetappe mee gekregen. Als ik achteraf zie dat we die dag meer dan 4.000 meter omhoog zijn gegaan kan ik mij daar heel goed in vinden. Omdat er al 5 zware loopdagen geweest waren begonnen links en recht wat pijntjes te ontstaan. Dit in combinatie met de hoogtemeter en de lengte (bijna 60 kilometer) deed bij de organisatie de vrees ontstaan dat een aantal lopers waarschijnlijk nog in het donker onderweg zouden zijn. Daarom besloot men om het laatste stukje van de route iets om te leggen. Zodoende hoefde het laatste stuk niet in het donker in de bossen gelopen te worden. Tevens waren er vandaag 5 verzorgingsposten ingepland.

Het begon met twee kilometer dalen om vervolgens een kilometer of 12 te stijgen. Hierbij kwamen op een hoogte van 1.700 meter. Dit klinkt al indrukwekkend. Maar de werkelijkheid was nog veel leuker. Er zijn hele stukken geweest dat ik geen pad of iets wat daar in de verte maar op leek gezien heb. Ik heb geprobeerd een paar foto’s te maken en ik denk dat dit al een indruk geeft. Maar echt vastleggen en beschrijven lukt niet. Dat geldt trouwens ook voor de gevolgen van het passeren van een nest met wespen. Ik heb daar schaterend van het lachen rondgelopen, althans tot ik in aanraking kwam met die wespen. Dit zijn toch loopavonturen waar ik nog jaren op kan teren. Bij de eerste verzorgingspost waren trouwens een aantal lopers die een uur voor ons gestart waren nog niet geweest en vreemd genoeg hadden wij ze ook niet ingehaald. Na de post ging het wel over paden omhoog. Uiteindelijk zijn we weer beloond met onbeschrijflijke mooie vergezichten.

Bron Henk Geilen

Ook voor afwisseling was die dag gezorgd. Na alle bergen kregen we nog even een meertje (Schwarszsee) om te omronden. En toen kwamen we bij een stuwmeer. Eerst werd ik daar niet zo vrolijk van. Dit stuk was namelijk Franstalig en dus waren alle plaatsnamen, boordjes en alle herkenningstekens in het Frans. Hier is natuurlijk niets mis mee, tenzij je een beschrijving heb waarin de Duitstalige namen gebruikt worden. Ondanks alles had ik toch vrij snel in de gaten dat ik mij verlopen had. Uiteindelijk ben ik toch weer op het goed spoor terecht gekomen. Daarna heb ik enorm genoten van de geweldige kloof waar ik doorheen mocht. Prachtge watervallen, grotten, indrukwekkende rotspartijen. Eigenlijk wilde ik daar niet meer weg. Maar ook daar had de organisatie iets op gevonden. Het einde van de kloof ligt namelijk letterlijk onder de wind van het plaatje Broc. En in Broc staat een grote fabriek waar ze chocolade maken. Die heerlijke geur gaf mij net het duwtje om de kloof te verlaten en het volgende stuk van het parkoers te gaan verkennen.

Uiteindelijk kwam ik bij de laatste verzorgingpost. Vanhier uit had je een prachtig uitzicht op het kasteel van Gruyere. Ook moesten wij vanaf dit punt de aangepaste route lopen. De laatste 7,5 kilometer gingen dus niet meer over paden maar over asfalt. De afstand beleef gelijk en ook het stijgingspercentage was hetzelfde. Het was een verstandige beslissing van de organisatie. Maar ook het lopen over asfalt was niet geheel gevaren vrij. De laatste 4 à 5 kilometer was er geen voet- of fietspad. De weg was best druk en daarnaast moesten sommige automobilisten schijnbaar als een idioot een berg af denderen. Ik schat dat ik auto’s gezien heb die harder dan 140 reden. En dit op een bochtige weg. Kortom ik was blij dat ik boven was. Boven gekomen kregen wij een onaangename mededeling. Annemarie was gevallen en had waarschijnlijk een gekneusde enkel.

Bron Henk Geilen

Het onderkomen was weer heel apart. Ook weer een soort jeugdherberg. Gelukkig hadden wij ook nu weer het hele gebouw voor ons lopers. Dus had Hans-Jörg weer een mooie keuken en kon onze inwendige mens weer volop aan zijn trekken komen. Doordat wij ons over twee slaapzalen konden verdelen hadden wij plaats genoeg. De bedden was echter een ander verhaal. Om onverklaarbare redenen braken bij een aantal lopers planken van de lattenbodems doormidden. Midden in de nacht produceert dat een bepaald geluid dat je in eerste instantie niet thuis kunt brengen. Het geluid van lopers die dan besluiten om hun matras maar op de grond te leggen is trouwens wel heel herkenbaar.